zondag 7 oktober 2012

MENS ALLEEN BREIN?

WIE ZIJN WIJ ALS MENS

Wij kunnen ons mens-zijn niet anders dan op basis van het feit dat we een fysiek lichaam hebben, manifesteren. Zonder een lichaam kunnen we op aarde niet bestaan.

In Steiners visie is de mens meer dan alleen zijn lichaam. Hij is ook ziel en geest.
Voor een materialistische opvatting over de mens is de geest of de ziel niet meer dan een lichamelijke eigenschap.
In deze tijd wordt dit het scherpst verwoord in de zin: ‘wij zijn ons brein’.

STEINER:
Alles Seelische drückt sich aus, offenbart sich im Leiblichen
Alles wat ziel is drukt zich uit, openbaart zich lichamelijk
GA 293
Das Leibliche kann nur gefaßt werden, wenn es als eine Offenbarung des Geistigen und auch des seelischen aufgefaßt wird.
Het lichamelijke kan slechts worden begrepen als het als een uiting van het geestelijke en ook van wat ziel is, wordt opgevat.
GA 293
Das Materielle ist dasjenige worin das Geistige fortwährend arbeitet
Het stoffelijke is datgene waarin het geestelijke voortdurend werkzaam is.
GA 301


Dit zijn maar een paar van de vele opmerkingen die Steiner maakt over dat geest en ziel zich lichamelijk uitdrukken.

WETENSCHAPSJOURNALIST VAN MAANEN:

HERSENLOZE BETWETERIJ
'Wie indruk wil maken op feestjes of in de media, moet tegenwoordig bij elke uitleg van wat mensen doen hun hersenen erbij halen. Puberjongens zijn niet agressief; ze hebben een overmaat aan testosteron in hun brein en daardoor zijn ze agressief. Moeders houden niet van hun kinde­ren, nee, door de pijn tijdens de bevalling (of door het zogen, dat hoor je ook nog weieens), maken de hersenen oxytocine aan en dat zorgt voor moederbinding. We zijn niet zomaar in de war als we verliefd zijn; uit hersenscans blijkt dat de frontale kwab die betrokken is bij de informatieverwerking te weinig wordt geacti­veerd doordat andere centra te veel dopamine produceren - of zoiets.
Gedrag verklaren klinkt een stuk overtuigender als je de hersenen de schuld geeft.

Het maakt niet uit hoe onzinnig de psycholo­gische verklaring voor het gedrag is; als er maar een soort neuro-verband - met hormonen en MRI-scans en dopamine - bij vermeld staat, klinkt het meteen een stuk overtuigender. Dat
laatste blijkt ook echt zo te zijn: onder­zoekers hebben onlangs voor een experiment allerlei psychologische verklaringen voor verschillend menselijk gedrag voorgelegd aan proefpersonen, al dan niet voorzien van wat neuro-onzin. Zelfs de meest bizarre psycho­logische verklaring vonden mensen aanneme­lijker als er maar iets over de werking van onze
hersenen bij stond, het maakte niet eens veel uit wat. En hoe minder verstand ze van hersenen hadden, hoe beter ze de verklaring vonden.
Echte hersenonderzoekers trapten er niet in.
Omdat zij weten dat zon verklaring niets aan ons inzicht toevoegt. Voor alles wat we doen en voelen, is immers een mechanisme en een kwabje in de hersenen aan te wijzen, dat kan niet anders. Die mechanismen en kwabjes verklaren echter niet wat we doen en voelen, ze laten alleen maar zien wat er van binnen gebeurt als we iets doen en voelen. Zoals spieren nodig zijn om onze wenkbrauwen te fronsen of onze neus op te halen, maar de uitleg van de spierbewegingen niets toevoegt aan de verklaring voor dat fronsen of ophalen. Als iemand ons vraagt waarom we de wenkbrauwen fronsen, verwacht hij geen tekening van alle gezichtsspieren die daarbij betrokken zijn.
Ook boeiend, maar niet ter zake.
Dus als u de volgende keer op een feestje of in
de media weer iemand hoort beweren dat criminaliteit komt door een lage (of juist hoge) gevoeligheid voor cortisol, of dat verslaving wordt verklaard door een tekort (of juist teveel) aan serotonine in de hersenen, kunt u het best even uw wenkbrauwen fronsen. Of uw neus
ophalen, natuurlijk.'

verschenen in het blad PLUS




Geen opmerkingen:

Een reactie posten